Christmas Island en Cocos Keeling
Cocos, donderdag 12 september 2013
Als we op dinsdag 3 september om 3 uur ‘s middags vertrekken van Christmas Island, worden we uitgezwaaid door een grote zwerm Jan-Van-Genten. Het is 520 mijl naar Cocos Keeling. Met de voorspelling van 5-6 Bf uit ZO, schuin van achteren, verwachten we met een vaartje van 8 knopen op vrijdag ochtend 6 september net na het donker aan te komen. Maar de wind wordt 6-7 Bf. We vestigen een nieuw 24-uur record van 200 mijl en moeten snelheid minderen om niet in het donker aan te komen. De golven zijn inmiddels ook 4 meter hoog geworden. We reven het grootzeil en trekken de genua strak om het geslinger wat te dempen. Zo gaat het redelijk comfortabel, tot er in het holst van de nacht plotseling met veel kabaal een Jan-Van-Gent neerstort in de kuip.
Wilma, die dan wacht heeft, gaat onmiddelijk voor de kajuitingang staan om te voorkomen dat het beest naar binnen gaat. Dat lukt en we weten hem weer weg te jagen. Pas als Thijs op de kuipbank gaat zitten, wordt duidelijk dat de vogel de inhoud van zijn maag en ingewanden heeft achter gelaten. Alles is besmeurd met halfverteerde visresten, het is donker en het stinkt vreselijk.
Donderdag 5 september neemt de golfhoogte gelukkig weer wat af. Ook de wind neemt wat af en we rollen een stuk minder. Helaas blijkt als we het grootzeil weer helemaal uitrollen, dat er twee naden bij het achterlijk zijn losgegaan. Met de kraanlijn halen we de spanning van het achterlijk af. Het lijkt het, dat de scheur niet verder gaat. Het ziet er gelukkig naar uit dat het stiksel gemakkelijk te reparen zal zijn.
Christmas Island was toch een stuk interessanter dan we gedacht hadden. We kwamen er op vrijdag 30 augustus aan. In het donker. De Seaquest was er al. Dank zij de aanwijzingen van Huib-Jan vonden we in het donker nog een meerboei.
De volgende dag klaarden we in. We wilden het eiland zien. Een huurauto was helaas niet te krijgen, maar liften was gemakkelijk en we mochten zelfs een auto lenen voor een middagje om het eiland te verkennen. Op diverse plaatsen op het eiland wordt fosfaat gewonnen. In Flying Fish Cove, waar we voor anker liggen, wordt het geladen in een bulkcarrier. De omgeving wordt bedekt met een dun laagje lichtbruin stof, dat overigens gemakkelijk blijkt af te spoelen.
Veel boeiender zijn de miljoenen rode landkrabben, die het eiland bevolken. Ze zijn niet moeilijk te vinden. Je struikelt er bijna over. Over twee maanden trekken ze met zijn alle naar de zee om eieren te leggen. De wegen zijn dan rood van de krabben en het verkeer wordt gestremd. Ook de grote Robber-Crab is een bijzonderheid, en verkeer wordt gewaarschuwd om er rondomheen te rijden.
We wisten dat Chrismas Island in trek is bij bootvluchtelingen. We wisten niet dat het ging om vele tientallen uit zeer verschillende landen, die dagelijks in Australie aan land proberen te komen. Het doet je wel wat, te zien dat er zoveel mensen aan land worden gebracht, die ergens anders alles hebben achtergelaten.
Vrijdag 6 september komen we in de ochtend aan bij Cocos Keeling. We ankeren bij Direction Island. Er zwemmen haaien en dolfijnen rond de boot. Het is een wonderbaarlijke plek. De indische oceaan is hier zo’n 6 km diep en dan rijst er een atol omhoog, die een turkooise lagune omsluit met een paar eilanden, die net een paar meter boven het water uitsteken. De eilanden staan vol palmbomen. De stranden zijn hagelwit en het zand is poederfijn. Er is een veerboot die de eilanden verbindt. Met de bijboot is het een natte rit over de puntige golfjes en komt onze regenkleding goed van pas.
Op Home Island leeft er een Malay gemeenschap. Op West Island is er een vliegveld en wat vakantie accomodatie. Hier is een Australische gemeenschap gevestigd. De supermarkten op beide eilanden krijgen elke vrijdag verse spullen. Op Direction Island is een BBQ ingericht voor de jachten die hier liggen. We zijn met ongeveer 10 boten, die hier wachten tot er een gebied met onstabiel weer, storm en onweersbuien is langsgetrokken.
Verder is het er erg gezellig. Thijs repareert met hulp van Huib Jan de losgeraakte naden van het grootzeil. Zoals velen voor ons, laten wij hier ook een aandenken aan de boot achter.
Het ziet ernaar uit dat we zaterdag 14 september kunnen vertrekken voor de oversteek van 2300 mijl Indische oceaan naar de Mascarene eilanden: Rodrigues, Mauritius en Reunion.