Van Terceira (Azoren) naar Falmouth (UK), 1247 mijl, 7 dagen
Falmouth, donderdag 10 juli 2014
Het wachten lijkt te worden beloond. Woensdag 2 juli zijn de vooruitzichten gunstig. Het Azorenhoog beweegt wat naar het westen en na een halve dag motoren zouden we met windkracht 4 verder naar Falmouth moeten kunnen zeilen, zonder gevaarlijk diepe depressies tegen te komen. Orkaan “Arthur”, bij Florida, beweegt naar het noorden langs de Amerikaanse oostkust en geeft op onze route hoogstens aanleiding tot wat minder wind.
We vertrekken met de Seaquest en nog drie andere Nederlandse boten, Anna Sophia, Boomerang en DJ. Op de plotter lijkt het of er een Nederlandse armada optrekt, maar al snel zijn we uit elkaars zicht verdwenen. We houden contact via de marifoon en later, als de afstanden groter worden, via de SSB-radio.
Het weer onderweg wordt vooral bepaald door depressies, die van het westen van Ierland naar het oosten trekken. Daarbij draait de wind in anderhalve dag van west naar noord en dan weer terug, om bij de volgende depressie opnieuw van west naar noord te draaien. Zo zwabberen we een beetje op ons doel af. We zien weinig zon, de lucht is grauw en druilerig met af en toe wat regen, “drizzle” eigenlijk. De warme kleding, die we hadden klaar gelegd, komt goed van pas. Ook de kachel gaat weer aan en dan wordt het snel behagelijik. Soms vragen we ons af of het wel verstandig was om naar Nederland terug te varen……
De nachten zijn erg donker. Het lichtgevende spoor, dat we door het water trekken, is goed te zien. Ook meezwemmende dolfijnen maken een lichtgevend spoor en dat geeft een mooi schouwspel, vooral als ze uit het waterspringen gehuld in een soort spatterend vuurwerk.
Zaterdag speelt oranje. Met behulp van de Seaquest vinden we een franse radiozender, die de wedstrijd uitzendt. Eerlijk gezegd kunnen we er weinig van volgen. Uit de uitroepen en kreten maken we op dat Nederland gewonnen heeft.
De volgende dag zien we walvissen. Eerst te ver om een foto te maken. Maar als er een dichterbij komt vinden we het beest toch eigenlijk wel griezelig groot.
Als het laatste koufront is gepasseerd, klaart het op en gaat het opeens heftig. Nog 350 mijl tot Falmouth. Net vloog het koffiefilter met koffie door de keuken. We varen 60 graden hoog aan de wind en regelmatig komt er een golf die de boot nog een zwieper geeft naar opzij. We hebben zowel het grootzeil als de fok gereefd en zo maken we toch nog 7,5 knoop door het water. Misschien zijn we nog net op tijd om voetbal (Nederland – Argentinie) te kijken in Falmouth.
Op 49 graden noord vinden we dat we genoeg hoogte hebben gewonnen en vallen we af tot 80 graden aan de wind, rechtstreeks naar Falmouth. Dan is het nog niet afgelopen. Dinsdagavond krijgen we nog NW 7, wat meer dan voorspeld. Diep gereefd en redelijk rechtop varen we de eindsprint , maar in de rommelige zee kunnen we niet voorkomen, dat we ook af en toe van hoge golven rollen.
Woensdagochtend. De wind is afgenomen. Nog 90 mijl naar Falmouth. We varen net onder de Scilly’s langs, als we het rif uit het grootzeil willen halen en de uithaler breekt. Net als eerder blijkt de lijn doorgesneden op een gebroken schijf in de giek. We overwegen om een provisorische uithaler te maken, maar vinden het werk aan dek op de slingerende boot te gevaarlijk. Tenslotte zijn we er al bijna. We starten de motor en met de genua erbij varen we de laatste mijlen. Op woensdag 9 juli om 3 uur in de middag liggen we vast in Falmouth Haven Vistors Marina.
.
.