Van de British Virgin Islands naar Bermuda, 840 mijl.
St George Town, Bermuda, Woensdag 4 juni 2014
Wat is Bermuda heerlijk Brits. Sinds de 17-de eeuw nooit anders geweest. Huizen, straten, uithangborden, alles klopt. De bermuda, lange sokken, overhemd, stropdas en blaser. Voor smart casual mogen de bovenste twee knoopjes van het overhemd los, maar zorg ervoor dat het overhemd altijd in de broek zit. En natuurlijk nooit sokken in sandalen, dat kan gewoon niet.
Het was een mooie tocht hiernaartoe. De eerste twee dagen vlogen we naar het noorden met meer dan 180 mijl per dag, 10 – 15 knopen wind uit het oosten en de Seaquest in ons kielzog, steeds binnen marifoonbereik. Dat was super zeilen. Na lange tijd de Code-0 weer gebruikt.
Daarna een dag met de motor door een rug van hoge luchtdruk en een front met buien en dan weer verder met 10-15 knopen wind uit het westen.
We schrikken even van een scheurtje in het achterlijk van het grootzeil. Het zeil scheurt gelukkig niet verder.
De tocht gaat langs het randje van de “Bermuda driehoek”. Niets geks meegemaakt, behalve dan dat de boordcomputer op onverklaarbare wijze uitviel, maar gelukkig weer gestart kon worden, en dat alle klokken aan boord een uur achter stonden toen we aankwamen.
We hadden onze komst netjes aangekondigd bij de kustwacht van Bermuda en we melden ons 20 mijl voor aankomst. Onze gegevens blijken goed over gekomen te zijn. We moeten ons opnieuwe melden als we bij de “Split Boei” zijn en vervolgens weer als we St. George’s Harbour invaren. De douane is gewaarschuwd en staat klaar om een lijntje aan te pakken bij het “Customs Dock”. De formaliteiten zijn snel geregeld. Het pintje “bitter” hebben we verdiend.
Vlak bij onze ankerplek is de “loft” van Ocean Sails en dat komt heel goed uit. Thijs haalt met Huib Jan het grootzeil eraf en we brengen het naar de zeilmaker voor reparatie.
.
.
.
.
.